Zakelijk en privé gebruik?
De medewerker kan zijn smartphone, tablet of laptop zowel zakelijk als privé gebruiken. Hij mag het toestel dus ook mee naar huis nemen. Of je medewerker privé voordeel heeft van zijn telefoon, maakt fiscaal niet meer uit. Je hoeft dat voordeel niet meer als loon te beschouwen en er dus ook geen sociale lasten over af te dragen. Onder de oude regeling moest dat nog wel.
Een voorwaarde bij het noodzakelijkheidscriterium is dat jij als werkgever de kosten betaalt. Je mag deze niet doorberekenen aan de medewerker. Wel mag je een eigen bijdrage vragen als een medewerker kiest voor een duurder merk of model dan noodzakelijk is. De telefoon blijft daarbij eigendom van het bedrijf. De medewerker moet het toestel teruggeven of de restwaarde betalen als hij het niet meer voor zijn werk nodig heeft. Dat is mogelijk zo bij beëindiging van het arbeidscontract, maar ook als hij een nieuwe functie krijgt binnen het bedrijf.
Het noodzakelijkheidscriterium geldt overigens niet alleen voor telefoons, maar ook voor andere apparatuur, zoals desktops, laptops en tablets. Je kunt een medewerker dus meerdere apparaten verstrekken, zonder dat dit fiscale gevolgen heeft.